Stay safe!

De geelwitte russula (Russula ochroleuca) is een paddenstoel uit de familie Russulaceae. De soort komt algemeen voor in loof- en naaldbossen.

De hoed van deze paddenstoel is geel en circa 5 tot 12 cm breed en wat afgeplat van vorm. Deze russula is niet giftig en de smaak is mild, maar niet erg smakelijk. Het is een broze paddenstoel, die breekt als krijt. De witte of geel-grijze steel van deze paddenstoel is 3 tot 7 cm hoog en heeft een diameter van 1 tot 2 cm. Alhoewel de zwam als eetbaar wordt beschouwd heeft deze geen goede smaak.

Uit 'Paddenstoelen van west- en midden-Europa, Reader's Digest, veldgids voor natuurliefhebbers:

 

In de herfst behoort deze ook, maar ten onrechte, Gele Gladrandrussula genoemde soort tot de plaatselijk massaal optredende paddenstoelen. Hij is vooral talrijk in naaldbossen op een zandbodem. Onder beuken en eiken wordt hij in geringere hoeveelheden aangetroffen.

De geelwitte Russula heeft een citroengele - in bergwouden ook olijfgroene - hoed, witte plaatjes, een witte steel en vlees met een scherpe smaak. In strijd met de algemene regel die voor russula's geldt - scherp smakende russula's zijn ongeschikt voor consumptie -, is de paddenstoel toch eetbaar: de scherpe smaak verdwijnt bij het koken.

De Geelwitte Russula is te verwarren met de Beukenrussula of Gele Streeprandrussula (R. fellea), ook Inktrussula genoemd. Dit is een karakteristieke soort bij beuken. Zijn kleur is egaal oker- tot tarwegeel; ook de plaatjes en de steel zijn okerkleurig. De smaak is heel scherp. De Zonnerussula of Gele Beukenrussula (R. solaris) groeit eveneens in beukenbossen. Zijn hoed is diep gegroefd en in het midden citroengeel, aan de rand wittig. Zelfs als u op een klein stukje van een plaatje kauwt, proeft u een bijzonder scherpe smaak. Eetbaar is daarentegen het langzaam grijs wordende vlees van de fraaie Gele Berkenrussula (R. claroflava), die op venige grond onder berken groeit.

Maak jouw eigen website met JouwWeb